Opgewekt vertrouwen fiscus leidt tot forse verlaging van belastingaanslag
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de belastingdienst terecht correcties tot een bedrag van € 497.380 heeft doorgevoerd. Omdat de belastingdienst echter heeft toegezegd dat X een opgelegde btw-naheffingsaanslag ten laste van de winst kan brengen, vermindert het hof de aanslag nog wel met € 134.746.
X start medio 2000 een eenmanszaak die activiteiten in de bouw verricht. Naar aanleiding van een melding van de FIOD stelt de inspecteur een boekenonderzoek in bij X, en legt hij voor de inkomstenbelasting een navorderingsaanslag over 2003 op. Volgens de inspecteur heeft X namelijk een substantieel bedrag aan winst niet verantwoord en heeft hij ten onrechte privé-uitgaven als zakelijke kosten gepresenteerd.
Het hof oordeelt dat X de wettelijke administratieplicht heeft geschonden en dat het aan X is om tegenbewijs te leveren tegen de correcties van € 497.380. Volgens het Hof is X niet geslaagd in het leveren van tegenbewijs. Verder stelt het hof vast dat de inspecteur de aanslag niet naar willekeur heeft vastgesteld. De correcties zijn namelijk deels door X erkend en voor het overige gebaseerd op een vergelijking van de aangiften van X met de aanwezige administratie en overige stukken.
De inspecteur heeft de aanslag dan ook terecht gecorrigeerd met een bedrag van € 497.380.
Het hof honoreert vervolgens echter nog een beroep van X op een toezegging van de inspecteur.
Volgens het hof heeft de inspecteur namelijk ongeclausuleerd de toezegging gedaan dat X een opgelegde btw-naheffingsaanslag ten laste van de winst kan brengen. In verband met deze toezegging wordt de IB-navorderingsaanslag verminderd met € 134.746.