Stimulering arbeid kwetsbare groepen
Er komt voor werkgevers een nieuw systeem met tegemoetkomingen in de vorm van loonkostenvoordelen. Daarnaast wil het kabinet het zogenoemde lage-inkomensvoordeel invoeren. Beide maatregelen moeten werkgevers stimuleren om mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt in dienst te nemen. De invoering gaat in fases; eerst het lage-inkomensvoordeel in 2017, waarna de loonkostenvoordelen volgen in 2018.
Lage-inkomensvoordeel (LIV)
Het lage-inkomensvoordeel is bedoeld om de arbeidsparticipatie aan de onderkant van de arbeidsmarkt te stimuleren. Het voordeel bedraagt maximaal € 2.000 per werknemer per jaar op basis van een 38-urige werkweek. Dat is voor werknemers met een loon tussen 100 en 110% van het wettelijk minimum loon van een 23-jarige, die in één jaar ten minste 1248 uur gewerkt hebben bij dezelfde werkgever. Voor elke werknemer met een loon tussen 110 en 120% van het wettelijk minimum loon van een 23-jarige bedraagt het loonkostenvoordeel, onder dezelfde condities, maximaal € 1.000.
Loonkostenvoordeel (LKV)
Het voordeel gaat gelden voor ouderen, arbeidsgehandicapten en de doelgroep banenafspraak. Op jaarbasis bedraagt het voordeel voor de eerste twee maximaal € 6.000. Het maximum van het loonkostenvoordeel voor de doelgroep banenafspraak is € 1.800 op jaarbasis.